De vier A-criteria voor goed onderwijs van het unesco-comité

Availability of beschikbaarheid
Er moeten voldoende (en voldoende kwalitatieve) scholen zijn zodat alle leerlingen met een handicap in hun gemeenschap les kunnen volgen. Het gebruik van bijvoorbeeld voorleessoftware of het gebruik van spellingcontrole bij examens weigeren is een voorbeeld van discriminatie.

Accessibility of toegankelijkheid van het onderwijssysteem
Accessibility betreft ook de lesmethoden en –materialen, bijv. cursussen in aangepaste leesformaten of in Braille en evaluatiemethoden.

Acceptability of aanvaardbaarheid
Acceptability omvat het ten volle rekening houden met de vereisten, culturen, meningen en talen van personen met een handicap bij het ontwerpen en implementeren van onderwijsbeleid. De vorm en inhoud moeten aanvaardbaar zijn voor allen. Er moet dus expliciet rekening gehouden worden met de mening van leerlingen met leerstoornissen en hun kijk op de invulling van hun noden.

Adaptability of aanpassingsvermogen
Dit vereist dat de onderwijsstructuren, bijvoorbeeld de evaluatiemethoden of onderwijsmethoden, aangepast en gediversifieerd kunnen worden aan de individuele noden van iedere leerling. Deze gedachte moet doorheen het hele proces aanwezig zijn: van ontwerp tot implementatie.